Terugblik van pionier Henny Genders.
Al in februari 1968 komt Henny in de Aldenhof te wonen. Het was in het begin echt pionieren, er was namelijk nog niet veel.
Een keer per half uur reed er een bus naar Hatert. Over een smalle brug, die de enige verbinding was met de rest van Nijmegen. Toen –op een keer – bij ijzel de bus op de brug weggleed, waren ze helemaal afgesloten.
Toch denkt ze met veel plezier terug aan die tijd. Vooral toen er meer mensen kwamen wonen. En met de mensen kwamen er ook meer voorzieningen in de wijk. Een speelplaats voor de kinderen en zelfs zwembadjes. De moeders zaten er gezellig omheen en er was veel onderlinge saamhorigheid. Een groot goed bij de opbouw van de wijk.
De huren waren echter wel hoog en de huizen werden verwarmd vanuit het ketelhuis. Er was ook al kinderopvang in de boerderij.
Henny noemt de gang naar de supermarkt nog altijd “naar Beerkens gaan”. Daar om heen was vroeger ook een leuk winkelcentrum met een kledingzaak en Heijmans voor het witgoed. En zelfs een slijterij was er te vinden.
Over de huidige tijd is Henny minder tevreden, omdat naar haar mening er te weinig te doen is voor zowel de jeugd als ook de ouderen.
Henny houdt zich nu bezig met Stineo, dat is de Stichting die zich sterk maakt voor het behoud van het Nijmeegs Industrieel Erfgoed. Immers, vroeger was Nijmegen rijk aan industrie. Zo was Nijmegen ook de eerste stad die elektrisch verlicht werd.
Maar om terug te komen op Dukenburg. Er zou naar haar mening zoveel meer mogelijk zijn in dit stadsdeel. Het is bijvoorbeeld jammer dat de politiepost leeg staat. Vroeger hadden we zoveel aan de wijkagent.
Ofschoon Henny nu nog met veel plezier in de Lankforst woont, denkt ze nog vaak met een gevoel van heimwee terug aan ‘oude tijden’ in het Dukenburg van vroeger.
Voor alle overige herinneringen klik HIER