Leven in velden en bossen

Gerrit Kokke en Jo Hopman zijn in de verte familie van elkaar. Zij delen het gegeven geboren
Dukenburgers te zijn. Daarvan bestaan er inmiddels velen, maar Gerrit en Jo groeiden op in deze omgeving die toen als volgebouwd stadsdeel nog niet bestond… Met hier en daar boerenbedrijven was het vooral een gebied van moerassen, bossen, zand- en veengrond.

Jo Hopman (1939)
Jo is de oudste van de twee mannen. Zijn ouderlijk huis was een boerderij aan de Teersdijk. Nummer 44, vrijwel tegenover ’t Hert waar wijlen Ted Felen woonde. Begin 1940 namen Jo’s ouders een nieuwe schuur in gebruik. Die werd vrijwel onmiddellijk gevorderd door het vaderlandse leger. Dat bouwde een schoorsteen op de schuur en zette een kampement op. Toen de soldaten in mei halsoverkop moesten vluchten, bleven niet alleen legerbanken achter, maar ook persoonlijke bezittingen. Die stelde moeder Hopman in veiligheid. Later haalden enkele oudgedienden hun eigendommen weer op en ontstonden er mooie vriendschappen. Vlak voor de bevrijding sloegen Engelse militairen hun tenten op in de schuur. Tijdens de oorlogsjaren was het in de weilanden, het moerasgebied en de bossen hier – Dukenburg dus – overwegend rustig. Je had vliegende bommen (V1) die men ‘ berrige vèrkens’ noemde, vanwege de rode vlamstaart, de rooie kont! Als de motor stopte dan viel er zo’n bom, het dichtste bij (Dukenburg) in Malden. Nabij de Teersdijk bestond in de jaren veertig al de kanaalspoorbrug. Als jochie had Jo met andere kinderen geleerd de fluitsignalen van de treinen te onderscheiden. Want als de kolentrein in aantocht was dan kwam iedereen in actie. De trein moest een poosje stilstaan voor het rode sein. Als een haas klom men op de volgeladen wagens, werkte armenvol kolen naar beneden, die dan werden opgeraapt als de trein na een fluitsignaal verder reed. Maar ook het omhakken van gezonde bomen was gebruikelijk om de kachel te laten branden. Van het vergissingsbombardement in de stad herinnert Jo zich het antwoord dat zijn moeder kreeg op haar bezorgde vraag wat er toch gebeurde: ‘het bloed loopt van de Hezelstraat af…’ Dolle Dinsdag voor de bevrijding vierden Jo en zijn vriendjes bij de spoorbrug. Ze bekeken het zootje ongeregeld aan Duits leger dat zich terugtrok. Soldaten, karren, paarden, de kinderen lachten de vijand uit, totdat… die met een geweer een luchtsalvo gaf. De kleintjes wisten niet hoe snel ze moesten wegkomen. Na de bevrijding mochten de kinderen in de schuur van ’t Hert films kijken die Engelse soldaten draaiden.
Met Teersdijk 44 liep het vijftien jaar later slecht af. In de zomer van 1960 kookte moeder Hopman wel eens op de deel. Daar werd ook gegeten. Maar bovenin de deelruimte lagen pakken hooi en onder de nieuw aangeleverde voorraad was men vergeten hardboard platen te leggen. Toen dus bij het koken de vlam in het hooi sloeg, brandde de hele boerderij af. Dat was vreselijk. De Hopmanfamilie verhuisde naar Velp bij Grave en Jo enkele jaren later naar de Van Peltlaan in Nijmegen

Gerrit Kokke (1945)
Gerrit woont nog altijd in de familieboerderij aan de haakse bocht in de weg die naar het viaduct over de A73 richting De Diervoort gaat. Je kon er lange tijd kerstbomen kopen. Gerrit werd hier geboren. De boerderij is uit 1911 en heet vanouds De Weezenhof. De stichting De Beide Weeshuizen was de oorspronkelijke eigenaar. Gerrits opa kon het als boerenbedrijf overnemen en ook de sompige grond kopen die zich voor het bos Vogelzang uitstrekte tot aan het kanaal. Moeras was het en veen, weet Gerrit. Als je eendeneieren ging zoeken, dan moest je van pol naar pol springen om droge voeten te houden. Ook heeft er eens een veenbrand ontzettend lang gewoed, het bleef maar smeulen. Kun je nagaan wat men allemaal heeft moeten doen om de grond hier bouwrijp te maken voor Dukenburg! De Weezenhof had eerst als adres Vossendijk 295. Jawel, dezelfde Vossendijk die nog in Hatert bestaat. De bomenrij die langs de dijk liep, kun je nog gedeeltelijk zien bij Winkelcentrum Weezenhof. Gerrit en zijn familie wonen nu aan Staddijk 2. ‘Op een eiland,’ zou zijn vrouw opmerken aan het eind van ons gesprek, ‘want we horen nergens bij.’ De Diervoort, waarvan de schuur altijd al op Wijchense grond lag, is nu ook Wijchen en daartegenover begint Overasselt… De Diervoort ontleent overigens zijn naam aan de dieren die vroeger in het beddingslandschap van de Maas leefden en daar kwamen drinken.

Lief en leed gedeeld
Uit zijn kinderjaren herinnert Gerrit zich hoe ze ‘s zomers met hun negenen achter vader Kokke aan naar het dichtstbijzijnde Hatertse ven liepen. Bij het water gingen de kinderkleren uit. Er waren handdoeken en zeep en het kroost ging badderen. Pa droeg een paarse zwembroek van zijn middel tot op zijn kuiten. Hij pootte een stok in het water waar de kinderen niet voorbij mochten gaan en zelf ging hij zwemmen in het ven. Zwemmen op latere leeftijd deden Jo en Gerrit ook. Jo in de wetering (Lindenholtkant) en Gerrit in het Dukenburgs kanaal, dat nu Grand Canal (Meijhorst) heet. En ze waren er niet alleen, mensen kwamen zelfs vanuit de stad hierheen. Lag de Hopmanboerderij merendeels op zandgrond, het moerassig veengebied nabij de Kokkeboerderij, zeker aan de kant waar het stadsdeel zou verrijzen, stond ’s winters dikwijls zo vreselijk onder water dat je bij vorst voor de deur kon schaatsen. Met een shetlandpony voor een wagentje maakten de jongens wel eens een zondagsritje.
Langs De Diervoort naar de boerderij van Piet Sengers (P.G. staat op het hek) en dan rechtsaf het zandpaadje de eerste aanleg in, om hobbelend door kuilen en gaten op de Staddijk uit te komen. Ook hier getuigen de bomen nog van dat karretje langs de zandweg, abrupt doorsneden door de autosnelweg.

SONY DSC

Fruitkist van Koedam

 

Appeltjes
Vader Hopman had een weiland dat lag op de plek die nu Wijkpark Meijhorst heet. De bomenlanen daar markeren deze situering. Ernaast lag de bongerd van Koedam en daar groeiden overheerlijke bolle appeltjes: Laxton Superb. Waren we op ons land aan het werk, aldus Jo, dan sprongen we even over de sloot om wat appeltjes te plukken. Koedam had ook een pruimenboomgaard, gelegen naast het Uilenbosje (Lankforst).

Voor alle overige herinneringen klik HIER